“Ik geloof niet in acupunctuur”, zegt menig oriënterende klant tegen mij. Een mogelijke aanname die onder deze uitspraak ligt, is dat acupunctuur alleen werkt als je er in gelooft. Die aanname klopt niet. Acupunctuur zet dingen in beweging, ongeacht je geloof erin. In deze blog maak ik helder waarom je niet in acupunctuur hoeft te geloven om er baat bij te hebben.
De oude Chinezen gingen ervan uit dat alle manifestaties in de wereld een uiting zijn van Qì. Je kan Qì voorstellen als energie of levenskracht, maar tegelijkertijd is Qì meer dan dat. Het is ook de drijvende kracht achter alle veranderingen, achter het leven zelf. Qì is dus niet alleen de manifestaties in de wereld, maar ook de processen achter deze manifestaties. Qì is alles en alles is Qì. Door deze veelzijdigheid van Qì is het begrip voor Westerlingen lastig te bevatten.
De moeilijkheid van het begrip Qì, is dat het niet te vangen is in een bepaalde vorm of toestand. Iets dat vorm heeft, bezit Qì. Maar iets dat geen vorm heeft, is niet automatisch Qì-loos. Qì kan zich manifesteren als energetisch, vluchtig, onzichtbaar, met weinig gewicht. Bijvoorbeeld de wind. Je kan wind niet zien, maar wel voelen of de gevolgen zien van zijn kracht. Qì kan echter ook massa zijn, compact, zichtbaar en zwaar. Bijvoorbeeld een steen. De veelzijdigheid van Qì, vorm hebben of vormloos zijn, komt ook in het Chinese karakter voor Qì terug.
Het karakter voor Qì is opgebouwd uit twee delen, een onderste en bovenste radicaal. Het onderste radicaal Mĭ staat voor rijst en het bovenste radicaal Qì staat voor damp die opstijgt en een wolk vormt. Samen vormen de radicalen het karakter Qì dat het koken van rijst betekent. Uit het koken van rijst ontstaat iets dat beweging voortbrengt.
Qì is een concept, een model waarmee je kan denken en werken. Een goed werkend model kan gebeurtenissen verklaren en voorspellen. De Chinese natuurfilosofie heeft door observaties tot in detail natuurfenomenen en de onderliggende patronen in kaart gebracht. Het concept Qì vormt in deze filosofie de basis. Net zoals het atoommodel reacties van stoffen kan verklaren, zo kan de Chinese filosofie natuurverschijnselen met behulp van Qì verklaren.
Als alles Qì is, dan ben jij ook Qì. Het is jouw Qì die een acupuncturist bijstuurt, zodat de klacht verdwijnt. Daar hoef je niet in te geloven, je kan het voelen en opmerken. Cliënten merken dat ze door de acupunctuurbehandelingen meer in balans zijn, energieker, minder onzeker, bewuster. Ze slapen beter, voelen zich minder gespannen, zijn beter gehumeurd en hun klacht wordt minder of verdwijnt helemaal. Allemaal fenomenen die je kan waarnemen als je voor acupunctuur kiest als behandelwijze voor je klacht.
Acupunctuur is niet iets wazigs waar je in zou moeten geloven. Het enige waar je in moet geloven bij acupunctuur, zijn je eigen waarnemingen. Dáár moet je waarde aan hechten. En dat leer je door heel bewust stil te staan bij wat er in je lijf gebeurt tijdens en tussen behandelingen. Een eigen waarheid ontdekken, is wat ik cliënten meegeef. Een eigen waarheid hebben, is weten waar je gelukkig van wordt. Een eigen waarheid hebben, is voor de rest van je leven een kompas bij je dragen voor een gezonder en gelukkiger leven. Dat heeft niks met geloven te maken, maar alles met weten.